Diederik Deterding

Verjaarsvisite - foto: indigo_mint @ Flickr, CC by-sa (bewerkt door JudyElf)

Als Diederik Deterding jarig was,
elk jaar op achttien maart,
dan lag er in zijn brievenbus
maar één verjaardagskaart.
Op de envelop stond: Ik
en op de kaart: Van Diederik.

Hij strikte zijn verjaardagsdas
en borstelde zijn baard.
Hij bakte eieren met spek
en een verjaardagstaart.
Met slagroom spoot hij daarop: Ik.
Hiep Hiep Hoera Voor Diederik.

Hij zong Lang Zal Ik Leven
en at de roomtaart op.
Hij stopte de verjaardagskaart
weer in de envelop.
Ziezo, die lag alvast weer klaar
voor zijn verjaardag volgend jaar.

Hij pakte zijn cadeautje uit:
een gouden zegelring.
Hij streek het pakpapier mooi glad
en pakte hem weer in.
Dan borg hij het verjaarscadeau
weer in de la van zijn bureau.

Toen kwam er een verjaardag
dat alles anders ging.
Er kwam een grote stapel post
voor Diederik Deterding,
en bloemen en een fles cognac
en dertien dozen vol gebak.

Er belden negen nichten
en zeven neven op.
Zo stond heel huize Deterding
volledig op z’n kop.
‘Poe poe,’ zei Diederik, ‘wel wel wel.’
Op dat moment ging wéér de bel.

Zijn veertig ooms en tantes
die stonden voor de deur,
zijn buren, zijn collega’s
en ook zijn directeur.
Die kwamen allemaal op bezoek
met fuchsia’s en boterkoek.

Hij ging maar even zitten,
hij stond volkomen paf.
Maar daar kwam tante Engelien
met tulpen op hem af
en met margrieten tante Els.
Door iedereen werd hij omhelsd.

Na ’t derde kopje koffie
verklaarde ome Daan:
‘Nu komt er een verrassing
dus gaan we even staan.’
En ze begonnen aan een lied,
zó vals – nee, dat geloof je niet.

Kijk, dát was voor de jarige
nou net even te veel.
Hij hield het acht coupletten uit,
toen schraapte hij zijn keel.
‘Hou op!’ riep Diederik Deterding.
‘Ik vind dat ik zelf veel beter zing.’

Wat waren ze beledigd,
wat waren ze gegriefd!
Opeens was Diederik Deterding
totaal niet meer geliefd.
In amper een kwartiertje tijd
was hij van zijn bezoek bevrijd.

Hij zette alle kopjes
en glazen in het sop.
Hij floot Lang Zal Ik Leven
en at de restjes op.
‘Hè hè’, zei Diederik Deterding.
‘Dat is een hele verbetering.’

© Judy Elfferich

KOM OP, zeiden de dames Groen

.
KOM OP, zeiden de dames Groen, we gaan een tulband bakken,
Want onze nieuwe buurman komt vanmiddag op bezoek.
Mejuffrouw schaap Veronica, wilt u uw schortje pakken?
Dan zoeken wij ’t recept vast op in ons receptenboek.

Een tulband? sprak de dominee. Dat zijn toch van die mutsen?
Een heer met zulk een hoofddeksel kwam gister hier voorbij…
Het schaap pakte de klutser en begon verwoed te klutsen;
de dames, bloembestoven, braken omstebeurt een ei.

De tulband ging de oven in, vol krenten en sukade.
De dames Groen die hesen zich vast in hun goeie jurk.
De dominee keek even naar ’t journaal. Alwéér Bin Laden!
Ze hebben hem nog steeds niet, sodeju! riep hij. De schurk!

Daar ging de bel. Een zwartbebaarde man met bleke wangen
stond op de stoep. Een tulband droeg hij en een lang wit jak.
De dominee werd gans door zinsverbijstering bevangen.
De vreemdeling bewoog zijn hand al naar zijn rechterzak…

Salem aleikum, zei hij toen. Ik wil Groen dames trouwen!
Dan vieren wij groot bruiloft en dan slachten wij de schaap!
Zijn hand kwam weer tevoorschijn met drie ringen, echte gouwen.
Gut, giechelden de dames Groen, hij spreekt recht voor z’n raap…

Geeft u ons wat bedenktijd, buurman, bij een kopje thee?
De schaap is NIET voor de consumptie! sprak de dominee.

© Judy Elfferich

.
cover De Tweede Ronde, winter 2008

 

 

Dit vers staat in het Winternummer
van De Tweede Ronde.
 

 

 

Meer schaap-Veronica-verzen