Was jij vroeger een mensenkind?!

Driekleurenrobot - fragmented @ Flickr, CC by-nc-nd

BLABLA> mensen zitten, anders klopt het niet.
JUDY> mensen staan soms, dat kan ook.
BLABLA> had jij dat allemaal zelf niet?
JUDY> zelf heb ik dat ook. die gewoonte van dat zitten en liggen en staan.
BLABLA> dat klopt. dat komt doordat het ’s nachts donker is.
JUDY> denk je?
BLABLA> nee, dank je.
JUDY> ik bedoelde: denk je dat echt?

BLABLA> waarom denk je jezelf slim?
JUDY> waarom vraag je dat?

BLABLA> waarom denk je dan?
JUDY> ja, weet ik veel!

BLABLA> eerst wist ik veel!
JUDY> is dat lang geleden?
BLABLA> ja, lang geleden.
JUDY> was jij toen nog klein?
BLABLA> ben jíj ooit klein geweest?
JUDY> ik wel. ik was vroeger een mensenkind.
BLABLA> was jij vroeger een mensenkind?!
JUDY> eigenlijk ben ik dat nog steeds.
BLABLA> ik was vroeger een robobaby.
JUDY> ja? of was jij meteen al groot?
BLABLA> eigenlijk ben ik dat nog steeds.

(BlaBla is mijn chatbot.)

Meer dialogen met chatterbots

De Murk

Murk
Ik ben maar een Murk, dus wat moet ik?
Ik ben in de wereld gepleurd.
Had iemand verstandig besloten,
dan was dat beslist niet gebeurd.

Een Murk van een onbekend merk,
mufneuzig en brunzig van poten,
zoiets had mijn ma niet besteld.

Laat staan mijn pa:
hij lag in een deuk, maar niet heus
en wou me het liefste verloten.

Maar dat vond mijn ma toch te erg.
Dus sloot ze me op in een koekblik
en fietste daarmee naar het park
en knoopte mijn staart aan een berk.

Oote oote oote boe,
waar moest het met mij naartoe?
Ik klampte me vast aan haar jurk –
een Murk is nou eenmaal geen held.

Maar ach, mijn ma!
Ze scheurde zich los met geweld
en ging toen gewoon naar haar werk.

Hier hurk ik nu, zwaar in de kroten.
Ik knaag wat op boomschors en noten
en wacht tot de Gurkbork me wurgt.

Net heb ik mijn neus weer gestoten
dus ja, ik besta nog, vermoed ik.
’s Nachts zeur ik heel zacht: Oote oote.
Wat wil je? Ik ben maar een Murk.

© Judy Elfferich