Na mijn tijd

Grafengel - foto: © Judy Elfferich

Jij die nog leeft, die hier loopt langs de graven,
wind door je haren en zon op je huid,
jij die de jaren nog telt en de dagen,
die kunt genieten van vogelgefluit,
ben je gekomen voor mij?

Toen ik begraven werd, was je daarbij?
Wie heeft gezongen en wie heeft gesproken?
Wie hebben mij op hun schouders gedragen?
Wie heeft er op me geproost?

Wie heeft mijn liefste getroost?
Wie heeft mijn dagboek vernietigd?
Wie zijn er bang dat ik bij ze kom spoken?
Wie is nog altijd verdrietig?
Wie zijn mijn naam al vergeten?

Wie heeft mijn wrakke gitaar weggesmeten?
Wie kreeg mijn boeken en platen?
Wie zorgt er nu voor mijn rozen?
Wie fietst er nu in mijn jas door de stad?

Wie laat mijn hond uit en wie aait mijn kat?
Wie staat soms tegen mijn foto te praten?
Wie bewaart al mijn geheimen?
Wie heeft voor mij deze plek uitgekozen?
Wie ligt hier later ooit bij me?

© Judy Elfferich

.
Dit gedicht heb ik gemaakt voor ‘Herinnering Verlicht’, de tweejaar­lijkse avond­herdenking op begraaf­plaats De Nieuwe Ooster in Amsterdam. Als een van de Witte Dichters* lees ik het daar voor aan bezoekers die op mijn witte-paraplu-met-lichtje afkomen.

Herinnering Verlicht 2019
Over Allerzielen

*) Witte Dichters is een project van Jos van Hest.

Raadsels

grafsteen, detail
Ligt opa Lezer hier begraven?
Ja, dat moeten we geloven
want zijn naam staat op de steen.

Of is hij ergens anders heen,
met zijn Aaltje de Zanger
(die lag er al langer)
naar de eeuwigheid gevlogen?

Mijn opa stond vaak stil bij ’t raam
naar boven te staren. Dan zag hij vast háár
(hij pakte zijn zakdoek) en ook al die straten
die niet meer bestaan maar waarover ze steeds
op verjaardagen praatten. Mistroostig gezicht.

Die ene keer vroeg ik het: ‘Heeft u verdriet?’
‘Welnee meid, m’n neus jeukt. Ik kijk in de zon want
ik wacht op een nies.’

Hatsjoe! En toen: ‘Juud, jij houdt toch zo van raadsels?
Ik weet er nog eentje: Waar kan alles in?

Waar kan alles in?! – Echt, ik kon het niet raden,
ik peinsde me suf en deed ’s nachts geen oog dicht
tot hij me verklapte: ‘Het zijn je gedachten.’

Ja! Daarin past alles wat ik kan verzinnen,
probeer te begrijpen of niet wil vergeten.
Allicht horen ook alle raadsels daarbij
die Niek Lezer me opgaf,
die opa van mij.

© Judy Elfferich

.
Dit gedicht heb ik gemaakt voor ‘Herinnering Verlicht’, de tweejaar­lijkse avond­herdenking op begraaf­plaats De Nieuwe Ooster in Amsterdam. Als een van de Witte Dichters* lees ik het daar voor aan bezoekers die op mijn witte-paraplu-met-lichtje afkomen.

Herinnering Verlicht 2017
Over Allerzielen

*) Witte Dichters is een project van Jos van Hest.

♫ Alles is déjà vu

blaadjes - foto: nofrills @ Flickr, CC by-nc (bewerkt door JudyElf)

Soms heb ik het gevoel dat nergens ooit iets nieuws gebeurt
Als de najaarsstormen razen
En aan één stuk door die zeurderige blaadjesblazers blazen

Maar net dat ene liedje dat iemand ergens zingt
Als een echo die weerklinkt
Klik, de tijd verspringt en een film begint te lopen

De deur zwaait open en daar sta jij
Zo lang geleden maar zo nabij
Eén moment zie ik je weer voor de allerlaatste keer
En ik weet zeker: de wereld bestaat niet
Alleen deze droom die ik droom
Nu is niet hier en hier is niet nu
Alles is déjà vu

Soms krijg ik het gevoel dat alles steeds opnieuw begint
Als de grasmaaiers gaan maaien
En er op de lentewind bekende geuren binnenwaaien

Dan: midden in de menigte een heel vertrouwd gezicht
Door een volgspot uitgelicht
Ik doe mijn ogen dicht en een film begint te lopen

De deur zwaait open en daar sta jij
Zo lang geleden maar zo nabij
Eén moment zie ik je weer voor de allereerste keer
En ik weet zeker: de wereld bestaat niet
Alleen deze droom die ik droom
Nu is niet hier en hier is niet nu
Alles is déjà vu

Mijn hele leven draait om dat moment
Dat jij het bent die mij herkent
Dat jij het bent die bij me bent
Die klik, dat ogenblik

De deur wijd open en daar sta jij
Mijn hele leven blijft dat me bij
Bloesemblaadjes in je haar, vlokken sneeuw van vorig jaar
En ik weet zeker: de wereld bestaat niet
Alleen deze droom die ik droom
Nu is niet hier en hier is niet nu
Alles is déjà vu
Déjà vu

© Judy Elfferich

.
Een iets bekorte versie heb ik van onder een witte paraplu-met-lichtje voorgelezen aan bezoekers van ‘Herinnering Verlicht’, de jaar­lijkse avond­herdenking op begraaf­plaats De Nieuwe Ooster in Amsterdam. Ze kwamen luisteren in twee­tallen, in groepjes of alleen.
Dit keer deden er meer dan dertig Witte Dichters* mee. Onder zo’n paraplu ont­spinnen zich soms bijzondere gesprekken.

Herinnering Verlicht 2015
Over Allerzielen

*) Witte Dichters is een project van Jos van Hest.

Bergop

H.N. Werkman, De engel van de laatste troost - facsimile-editie eigendom JudyElf

Gaat de weg aan één stuk door bergop?
      Ja vriend, het hele end.
Kost het heel de dag tot aan de top?
      ’t Is nacht eer je er bent.

Is daar wel een rustplaats voor de nacht?
      Een dak voor als het trage donker komt.
Word ik niet op dwaalsporen gebracht?
      Die herberg vind je prompt.

Kom ik anderen tegen op mijn tocht?
      Hen die zijn voorgegaan.
Klop ik aan, of roep ik na de laatste bocht?
      Heus, ze laten je daar niet buiten staan.

Kom ik, óp van de reis, weer op verhaal?
      Je lijdensweg die eindigt daar.
Zijn er bedden voor ons allemaal?
      Ja, ieders bed staat klaar.

Christina Rossetti (1830 – 1894) | © vertaling: Judy Elfferich

.
Onder een grote witte paraplu-met-lichtje heb ik dit gedicht voorgelezen aan vele bezoekers van de jaarlijkse avondherdenking op begraafplaats De Nieuwe Ooster in Amsterdam.
Het was het lievelingsgedicht van Vincent van Gogh, hij haalde het aan in verschillende brieven en in zijn eerste preek (klik).

Over Allerzielen
Over Christina Rossetti

Poëzie onder een witte paraplu

.
‘Mogen wij een gedicht horen?’
‘Natuurlijk. Kom maar onder de plu.’

Zo gaat dat bij Herinnering Verlicht, de jaarlijkse avondherdenking op begraafplaats De Nieuwe Ooster in Amsterdam. Er waren 24 Witte Dichters*, te herkennen aan hun witte paraplu-met-lampje.

Ik stond bij een grote vijver waarop gedachtenislichtjes te water werden gelaten. Tijdens het voorlezen zag ik soms tranen in de ogen van de toehoorders springen; intussen drupte gloeiend kaarsvet op mijn hand.
Gedachtenislichtjes op de vijver - foto: © Judy Elfferich
Dit is het gedicht dat ik voorlas aan wie het wilde horen:

Die ster die daar hoog aan de hemel staat
en zacht mijn pad verlicht
doet me denken aan jou, aan jou, mijn lieveling,
je stralende gezicht.

Het licht van de sterren reist door de nacht
van onvoorstelbaar ver.
Jij woont in een andere tijd, mijn lieveling:
een uitgedoofde ster.

Een uur wordt een maand en een maand wordt een jaar,
mijn leven glijdt voorbij
maar als er een ster valt ben jij, mijn lieveling
weer even dicht bij mij.

© Judy Elfferich (vrij naar een Zweeds volksliedje)

*) Witte Dichters is een project van Jos van Hest.

Allerzielen

Allerzielen - foto: © Judy Elfferich

Soms loopt er door een drukke straat
ineens een oude kameraad
of reisgenoot.
Je weet zodra je hem begroet:
het kan niet dat ik hem ontmoet,
want hij is dood.

Eerst ben je nog een tijd verbaasd
omdat die levende toch haast
die dode was.
Heb je de zaak dan afgedaan,
dan komt er weer zo’n dode aan,
met flinke pas.

Thuis van het dodencarnaval
zie je de spiegel in de hal,
je schrik is groot:
die man daar in het spiegelglas,
met die bekende regenjas,
was die niet dood?

Willem Wilmink

.
Over Allerzielen
Over Willem Wilmink