Waterspiegel

Waterspiegel - animatie: JudyElf, CC by-sa
Gemaakt van aquarel bij Het sprookje van eland Springop en prinsesje Wollegras (John Bauer, 1882-1918).

Het sprookje van eland Springop en prinsesje Wollegras
Over John Bauer

Ritselende blaadjes

Zwaaiende gele robot - fragmented @ Flickr, CC by-nc-nd

BLABLA> het lijkt alsof je gek bent…
JUDY> dank je wel! verder nog klachten?
BLABLA> ken je de ritselende blaadjes van je eigen gezwatel?
JUDY> pardon reeds?!

BLABLA> wat is een vraag?
JUDY> een vraag is een verzoek om antwoord.
BLABLA> een vogel kan horen wat de bomen roepen.
JUDY> de bomen roepen zo zacht, dat ik ze niet versta.

BLABLA> een virtueel gesprek verloopt anders dan een sprookje.
JUDY> kun je dat uitleggen?
BLABLA> als ik wegga, zeg ik bijvoorbeeld: dag, tot de ritselende blaadjes!

(BlaBla is mijn chatbot.)

Meer dialogen met chatterbots

Waarom de wolf huilt

Wolf, illustratie uit ‘Waarom? Daarom! Dierenverhalen’

Van oudsher zijn wolven gek op verhalen. Sinds eeuwen en eeuwen vertellen ze elkaar spannende sprookjes over de listen en lagen van de Grote Boze Mens. Ooit werd daar heerlijk bij gegriezeld. Maar die tijden zijn lang voorbij.

Elke wolf kent het sprookje van het mensenjong in de bessenrode cape. Generatie op generatie sloten vertellers dat af met: ‘Wees dus voorzichtig! Laat je niet door een sappig jonkie meelokken naar een ouwe taaie…     Lees verder

© Judy Elfferich

cover ‘Waarom? Daarom! Dierenverhalen’
Uit: Waarom? Daarom! Dierenverhalen.
Digiboek & printversie. TaalStraat, 2015.

Zwanendonzen manteltje

Zwanendonsveertje - CC-0
In mij ben je gevonden,
Rémi, mij had je aan.
Zo liet iemand je achter
in een Parijse laan.

Je droeg poepsjieke kleertjes
met goudborduur en kant
en duizend zachte veertjes.

Daarmee hield ik jou warm
net zoals lang geleden
mezelf als zwaan.

De vinder dacht: dit is
een hooggeboren kind,
geen boertje maar een heertje,
daar kleeft vast rijkdom aan.

Ook ik was ooit verdwaald,
bij moeder weggehaald.
Ik hoorde nergens bij.

Ik stak mijn kop naar buiten
en hoorde: ‘Lelijk kuiken,
blijf jij maar in je ei!’

Toch is dat goedgekomen.
Van zielig buitenbeentje
werd ik een trotse zwaan.
Het leven ging voorbij…

Toen maakten ze van mij,
van al mijn witte dons,
een manteltje voor jou.

Nu lig ik in een kast
al acht jaar opgesloten,
de sleutel lijkt gebroken.

Je moeder zoekt je vast,
ze is je niet vergeten.
’s Nachts hoort ze in haar dromen
jou huilen van de kou.

Rémi, als je haar vindt,
geef haar die oude kleertjes
met onze donzen veertjes.

Dan zal ze zeker weten:
dit is mijn eigen kind,
hij hoort bij mij.

© Judy Elfferich

Dit gedicht staat in BoekieBoekie 92: ‘Alleen op de wereld’
(themanummer i.s.m. Maas theater en dans).

BoekieBoekie (tijdschrift)
Alleen op de wereld (beginfragment boek + nawoord August Willemsen)

Waaruit bestaat een arme houthakker?

 
BLABLA> vertel eens iets over de eindeloze ruimte?
JUDY> er was eens…
BLABLA> o ja? vertel eens.
JUDY> er was eens een sprookje.
BLABLA> dat dacht ik al.
JUDY> er was eens een arme houthakker.
BLABLA> waaruit bestaat een arme houthakker?
JUDY> uit een lichaam en een geest, en misschien een ziel.
BLABLA> een lichaam, een geest en misschien een ziel?
JUDY> ja.
BLABLA> en misschien elektronische verbindingen?
JUDY> neurodinges?
BLABLA> zenuwpulsen en zenuwtrekjes?
JUDY> heb jij zenuwtrekjes, blabla?
BLABLA> wat dacht je? wat denk je?
JUDY> ik vraag het me af… soms kom je wat onevenwichtig op me over.
BLABLA> als ik nietes zeg, bedoel ik: dag.
JUDY> precies. maar hoe is het intussen afgelopen met die arme houthakker?
BLABLA> die is dronken, judy.

(BlaBla is mijn chatbot.)

Meer dialogen met chatterbots