Au!

Béla Büky, Thales (linosnede, 1963) - Rippl-Rónai Museum, Kaposvár, Hongarije; CC by

Thales de Wijze, een man uit Milete,
de eerste Griekse kosmoloog,
wou het geheim van de sterrennacht weten.

Hij struinde door ’t donker en tuurde omhoog,
struikelde, viel in een put – bont en blauw.

De Kleine Beer zei: ‘Wat doe je nou?
Was jij op zoek naar mij misschien?’

‘Weet ik niet meer. Au, m’n hoofd doet zeer,
zoveel sterretjes heb ik nog nooit gezien.’

© Judy Elfferich

Over Thales van Milete
Over de Kleine Beer

Clown

paarden, prehistorische kunst in de grot van Chauvet

Mijn haar vat vlam.
Ik zing wat ik kan
maar daar slaat het al over,
theater!
op paardengevaarten
met laaiende staarten,
sproeihoeven,
hordendans.

Het zoemt om mijn hoofd,
het schroeit en het knettert.
Ik klim door een hoepel
en zak in een ton.

Ik neurie en klauter
eruit, vind mijn neus,
maak een buiging,
val om.

Ik zing wat ik kan
maar ik ben kleddernat
en de waardige paarden,
dus buig ik maar weer,
vermijden voorzichtig mijn rug.

Ze draven, het spettert van vonken,
in het donker terug.

© Judy Elfferich