Onder de bodhiboom

zen

Ik zat een hele week
te wachten op een teken.

Ik vastte en ik zweeg
in zonneschijn en regen,
mijn hoofd was bijna leeg…

Toen voelde ik een steek
en wat had ik gekregen?

Geen teken, maar een teek.

© Judy Elfferich

Aan elkaar

krabbels, illustratie © Job van Gelder (fragment)
fragment illustratie DICHTER. | © Job van Gelder

Mijn zusje vraagt: ‘Hoe was het daar,
je allereerste dag op school?
En wat heb je geleerd?’

‘Nou, schrijven’, zeg ik. ‘Aan elkaar!
Zal ik het laten zien?’
Met lussen en met krullen
schrijf ik vijf blaadjes vol.

Ze zegt: ‘Niet waar, ik heb je door:
je hebt maar wat gezegd,
je kan het nog niet echt.’

Ik zeg van wel, ga supersnel
weer nieuwe blaadjes vullen,
ben al bij blaadje tien.

Ze trekt aan blaadje zeven
en roept: ‘Hou op nou, stop
en lees het aan me voor!’

Ik zeg: ‘Ahum, waar is mijn gum?
Er ging een lettertje verkeerd.
Eh, ik kan nog niet lezen, nee,
dat leren we pas op dag twee.’

Ze zegt: ‘Geef hier, al dat papier.
Ik lees het zelf wel even.’
En hopla, ze leest alles op
wat ik heb opgeschreven.

En het verhaal klopt helemaal,
zelfs met de blaadjes op hun kop.

© Judy Elfferich

.
DICHTER.-special ‘Tem de tekens’

 

Dit gedicht staat in de DICHTER.-special ‘Tem de tekens’.

 

 

Alfabet

W-duimstok (+ bewerking: M-duimstok) - foto: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed, CC by-sa

A dubbele ladder
B zwangere vrouw
C afgebroken oortje
D halve pizza
E kam
F borstel
G wieg
H bed
I frietje
J hockeystick
K klapstoel
L laars
M duimstok
N vouwbed
O hele pizza
P vlindernet
Q pizza met mes
R zwangere vrouw met rok aan
S vleeshaak
T hamer
U magneet
V frietzak
W andere duimstok
X diabolo
Y trechter
Z zwaan
& jij die dit zit te lezen

.
© Judy Elfferich

Luisteren of kijken

woordenvanger

Woorden vangen met mijn oren
gaat heel goed.

Fluisterwoorden, duisterwoorden,
lastige of lange zinnen:
vliegen vlot naar binnen.

Meteen ken ik ze uit mijn hoofd,
van achteren naar voren
zeg ik ze zó weer op.

Maar ze met mijn ogen vangen,
hoe dat moet?

Vette woorden, nette woorden,
duidelijk gedrukte zinnen:
niks mee te beginnen.

Mijn hersens lijken wel verdoofd,
ik oefen me te pletter
maar ’t wil niet in mijn kop.

De woorden blijven hangen
waar ik ze niet kan horen,
verstopt achter die letters.

Dus wie mij wil bereiken
die laat me luisteren,
niet kijken.

© Judy Elfferich

.
DICHTER.-special ‘Tem de tekens’

 

Dit gedicht staat in de DICHTER.-special ‘Tem de tekens’.