♫ Op het Drs. P-plein ♫

.
of: Het dieet ener deerne

Deerne

Op het Drs. P-plein
keken zij elkander aan
Innig fonkelden hun ogen
in het bleke licht der maan

En de knaap sprak tot de deerne:
‘Schat kom mee, ik hou je vrij
Ik trakteer op schorseneren
knolraap, lof en verse prei’

Doch de deerne zei bedremmeld
(in heur ooghoek blonk een traan):
‘Neen, op doktersvoorschrift eet ik
slechts komkommer en banaan’

Somber klom hij op zijn brommer
en verzoop zich in de gracht…
Over ’t Drs. P-plein
dwaalt de deern nog elke nacht

© Judy Elfferich

naambord Drs. P-plein
(Op 24 augustus, zijn geboortedag,
is een deel van het Oudekerksplein
in Amsterdam door een schare fans
omgedoopt tot Drs. P-plein.)

POE, riep het schaap Veronica

.
POE, riep het schaap Veronica, wat kan dit paard hard draven!
Ik dacht: zo’n huifkar die gaat vast van sjokke-sjokke-sjok…
Maar kijk, dit is al Zwammerdam en daar ligt Bodegraven.
Kom dominee, geef mij de zweep! Nu mag ik op de bok.

Kijk uit, riepen de dames Groen, daar komen scherpe bochten!
O jee o jee o jee o jee, wij zijn een beetje ziek…
Wij dames zijn te fijn gebouwd voor zulke woeste tochten.
De dominee zei stoer: Maak u geen zorgen, geen paniek!

Ík ben toch zeker in de buurt, om over u te waken.
Bescherm ik u niet immer tegen onraad en gevaar?
Toen schrok het paard van eenden die de rijbaan overstaken,
een KNERP! een KRAK! een BONK! en alles schudde door elkaar.

Ze vlogen uit de huifkar en ze landden in de struiken.
Opeens hoorden ze achter zich gejammer en gezucht.
Kijk nou! riep ’t schaap Veronica. Het is mijn tante Truike,
ze ligt ondersteboven, met haar voeten in de lucht!

Komaan, zo sprak de dominee, de handen uit de mouwen!
Mijn lieve dames Groen, geeft u me eens uw lange sjaal…
Die sla ik om haar heen. Als we nu even heel hard douwen
en dan in één keer kei- en keihard trekken allemaal –

Het werkte. Tante Truike zei: Wat fijn u te ontmoeten!
Want als ik omval, kom ik uit mezelf niet overend…
Ik zie nog alles draaien, maar ik sta weer op mijn voeten.
Bedankt voor ’t redden, dominee, u bent een echte vent!

Dag tante, zei Veronica, nu gaan we weer naar huis.
Of… wentelteefjes eten bij hotel De Oude Sluis?

© Judy Elfferich

.
Vijf draken verslagen
Dit vers staat in Vijf draken verslagen,
Querido’s Poëziespektakel 4.
Een vrolijke bundel met 146 gedichten
en 45 tekeningen, o.a. over ‘Superhelden’,
het thema van de Kinderboekenweek 2011.
Samenstelling: Ted van Lieshout.

Willem Lagerwaard tekende bij mijn bijdrage
een prachtig Soeperschaap.

.

Meer schaap-Veronica-verzen

ACH GUT, zeiden de dames Groen

.
ACH GUT, zeiden de dames Groen. Oom Karel is gestorven,
in vredige berusting en zijn eigen ledikant.
We vroegen ons al jaren af: wie heeft zijn klok georven?
Maar hij was nog niet dood. Nu wel, dat staat hier in de krant.

Welaan, zo sprak de dominee, dan gaan we hem begraven.
Ik zal een Woordje Spreken tot de schare rond het graf:
wie dorstig naar vertroosting zijn zal ik volgaarne laven.
Hij pakte zijn geklede jas en borstelde hem af.

Met zonnebrillen en in ’t zwart vertrokken ze naar Zwolle –
koud waren ze op weg of ze verdwaalden in de mist.
Op de begraafplaats zei het schaap: Nu even keihard hollen!
Zo kwamen ze nog net op tijd voor ’t zakken van de kist.

De dominee die elleboogde zich terstond naar voren.
Vaarwel, sprak hij geroerd. Gij waart een Kerel van Stavast!
Daar leken de aanwezigen nogal van op te horen,
vooral een paarsgejurkte heer die klaarstond met een kwast.

Opeens ontstond er trammelant: er was een krans verdwenen!
Toen werd het schaap Veronica op heterdaad betrapt
met lint waarop te lezen stond: Rust zacht, zuster Helene.
Oeps! zei ze. Maar ik had zó lang geen lelies meer gehapt…

Heleen? zeiden de dames Groen. Dat is niet onze oom.
Op naar oom Karel! En dan straks een plakje keek met room.

© Judy Elfferich

.
cover KortVerhaal, afscheidsnummer, winter 2012

 

 

Dit vers staat in het Winternummer
van KortVerhaal (thema: afscheid).
 

 

 

Meer schaap-Veronica-verzen

KLAAR! zei het schaap Veronica

.
KLAAR! zei het schaap Veronica. Dit vers noem ik: Ballonnen.
Van alles in mijn versjesschrift is dit het allermooist!
Nee maar! zeiden de dames Groen. Hoe kríjgt u het verzonnen?
Wat bent u toch gevoelig en begaafd en zoetgevooisd…

De dominee sprak: Mij kunt u vooreerst niet overtuigen
dat er in u daadwerkelijk Iets Zingt, Veronica.
Aan mijn sonnetten zou een Perk een puntje kunnen zuigen;
u rijmelt maar wat aan van hopsa falderaldera.

Bij volle maan bekruipt mij vaak de Drang tot declameren –
Ja gats! riepen de dames Groen. Die herrie op ’t balkon!
U dacht de coniferen ’s nachts daarmee te amuseren?
Die zijn ook aan wat rust toe, na een zomerdag vol zon!

Eilacie! kloeg de dominee. Wie schat mijn werk op waarde?
Als Onbegrepen Dichter word ik door het volk gehoond…
De Ware Kunst valt immer in ondankbaar dorre aarde
en menig poëtaster wordt met klatergoud beloond.

Wèh, snikte ’t schaap Veronica. Ik ga mijn schrift verscheuren,
ik maak er duizend snippers van en spoel ze door de plee!
Maar dat lieten de dames Groen natuurlijk niet gebeuren.
Ze snibden: Hebt u nou uw zin, meneer de dominee?

Voor een beginner dicht u toch wel aardig, gaf hij toe.
Wat dacht u van een sorbet, bij salon De Bonte Koe?

© Judy Elfferich

.
cover KortVerhaal, zomer 2012

 

 

Dit vers staat in het Zomernummer
van KortVerhaal.
 

 

 

Meer schaap-Veronica-verzen

POTDOMME, zei de dominee

.
POTDOMME, zei de dominee. We kunnen niet naar buiten…
We zijn volledig ingesneeuwd, van hier tot aan de heg.
Tompoezen of een mokkapunt, daar kunnen we naar fluiten:
wie heden naar de bakker wil, zakt tot z’n middel weg.

Veronica zei sip: Maar ik wou sneeuwballen gaan gooien,
ik wou een sneeuwpop maken met vier voeten en een staart!
De dominee sprak omineus: Tenzij het gauw gaat dooien
wacht ons een Wisse Hongerdood en eet u nooit meer taart.

Daar zaten ze mistroostig uit het serreraam te staren.
’t Leek buiten Nova Zembla wel, zo ijselijk en guur.
De dominee die telde bitter zuchtend zijn sigaren –
toen doken er twee beren op, ter hoogte van de schuur.

De dominee riep: Sodeju, ik ga hallucineren!
Aan mij verschijnen beren in een Hongervisioen.
Het is geen sivioen, zei ’t schaap. En het zijn ook geen beren.
Ze dragen wanten en een muts – het zijn de dames Groen.

Waratje, zei de dominee, ze roetsjen naar beneden
in grote dikke bontjassen, kloekmoedig op de ski!
En als mijn oog me niet bedriegt, dan trekken ze een slede
vol brandewijn en bitterkoekjes, bolknakken en brie.

Ze takelden de proviand naar binnen langs ’t balkon.
Ziezo, zeiden de dames Groen. En nu een ijsbonbon.

© Judy Elfferich

.
cover KortVerhaal, dierennummer, winter 2011

 

 

Dit vers staat in het Winternummer
van KortVerhaal (thema: dieren).
 

 

 

Meer schaap-Veronica-verzen

BAH, zei het schaap Veronica

.
BAH, zei het schaap Veronica, ik heb niks meer te lezen!
De boeken op mijn plankje heb ik allemaal al uit.
De dominee sprak: Kijk, hier ligt De vogels der Vogezen.
Is dat soms iets voor u? Of dit hier: De ontvoerde bruid?

Pardon, zeiden de dames Groen, die Vogels kunt u krijgen
maar die Ontvoerde Bruid, daar zitten wij nog middenin.
Ze trekken nu door de woestijn en eten enkel vijgen,
de bruid is doodsbenauwd voor roverhoofdman Saladin…

Het schaap zei: Suffe boeken en ook niks om mee te spelen!
Is nergens in dit huis iets leuks voor mij te vinden dan?
Ik zit me al de hele dag ontzettend te vervelen,
het is hier saai, het is hier stom, ik vind er niks meer an.

De dames Groen die stelden voor: Ga eens op zolder zoeken,
wie weet vindt u iets aardigs in die dozen die daar staan.
Het schaap ging kijken en kwam terug met zeven oude boeken.
Sapristi! riep de dominee. Waar heeft u die vandaan?

Dat zijn mijn strips van Soepermen, die heb ik ooit verslonden!
Ze hadden mij als jongeling volledig in hun greep.
Veronica zei: Ik heb ook verkleedspullen gevonden,
een blauw pak met een S erop, twee laarzen en een keep.

Hi hi, zeiden de dames Groen, dat pak zal niet meer passen!
O nee?! blufte de dominee. Ik trek het nú aan, wacht!
Ho ho, zeiden de dames Groen, eerst moet het nog gewassen.
Míj paste het precies… zei ’t schaap Veronica heel zacht.

Dan krijgt u het van mij kado, besloot de dominee.
Het avontuur roept, Soeperschaap! Maar eerst een kopje thee.

© Judy Elfferich

.
Vijf draken verslagen
Dit vers staat in Vijf draken verslagen,
Querido’s Poëziespektakel 4.
Een vrolijke bundel met 146 gedichten
en 45 tekeningen, o.a. over ‘Superhelden’,
het thema van de Kinderboekenweek 2011.
Samenstelling: Ted van Lieshout.

Willem Lagerwaard tekende bij mijn bijdrage
een prachtig Soeperschaap.

.

Meer schaap-Veronica-verzen

Post voor het schaap Veronica

.
Annie M.G. Schmidt, die dit jaar honderd zou zijn geworden, voelde zich acht. Daarover gaat dit vers (in 2009 gepubliceerd in het Zomerboek van De Tweede Ronde).

PSST, fluisterden de dames Groen, psst, dominee, word wakker!
Sta op! Juffrouw Veronica krijgt haar verjaarsontbijt.
We hebben thee en eitjes en kadetjes van de bakker.
Huh? antwoordde de dominee. Bijlo! Wat vliegt de tijd!

Zó lig je in Morpheus’ armen en je droomt van Hoger Dingen,
zó gloort weeral de dageraad en ziet: ons schaap is acht!
Voorwaar, het past ons om een vrolijk lied voor haar te zingen.
En hoort gij dat geklepper? De verjaarspost wordt gebracht.

Ze slopen naar de zolder toe, zo zachtjes als ze konden,
met broodjes en kadootjes, op hun toffels, tree voor tree.
Daar lag het schaap, klaarwakker en ontzettend opgewonden.
Lang zal ze leven, zongen ze en morsten met de thee.

Veronica wou weten: Ben ik nu echt acht geworden?
En mag ik heel de dag een roze strikje in mijn staart?
En gaan we straks gezellig heel de middag ganzenborden?
En dat ik alle potjes win? – O kijk, een ansichtkaart!

Van wie zou die nou zijn? Wat leuk, hij is van tante Annie!
Er staat een grote 8 op en een mooi verjaarsgedicht.
De dames Groen verbleekten en ze stamelden: Dat kan nie.
Een kaart van tante Annie – die ginds op Zorgvlied ligt!

Er is Meer, sprak de dominee, dan ons verstand bevroedt.
Maar nu snel naar beneden: daar is taart in overvloed.

© Judy Elfferich

.
Meer schaap-Veronica-verzen

ZIT STIL! brulde de dominee

.
ZIT STIL! brulde de dominee. En stop met dat gekwebbel!
Hoe kan ik mij nu concentreren als u steeds wat zegt?
Dit is de allerlaatste keer dat ’k met ulieden skrebbel!
Kom kom, susten de dames Groen, ’t wordt tijd dat u wat legt…

Ons schaap wordt ongedurig en dan gaat ze zitten wippen.
De dominee zei stuurs: Onder protest leg ik dan dit!
Hij nam de letters B en E en legde ze voor KIPPEN.
Bekippen?! Dat bestaat niet! riep Veronica verhit.

Vergeef mij, sprak de dominee, juffrouw, u dwaalt in dezen.
Een kippenhok dat vol zit, noemt men ook wel: goed bekipt.
Zulks heb ik eerverleden week nog in ’t Parool gelezen;
wellicht zal dat artikel aan uw aandacht zijn ontglipt?

De maat is vol! riepen de dames en het schaap eendrachtig.
Wat zijn dat nou voor woorden die u legt: kanariekoek,
neptenen, zeurkool, floddergras, vermispelen en vachtig!
We gaan nu alles opzoeken. Waar is het woordenboek?

Ze doken in de boekenkast, maar vonden geen Van Dale.
Nou moe, zeiden de dames Groen. Dan eerst maar een glas port?
En wilt u, beste dominee, de pinda’s even halen?
– Bij zijn terugkomst zag hij een totaal leeg skrebbelbord.

Ha fijn, zeiden de dames Groen, daar bent u met de drankjes…
Er is toch zo iets raars gebeurd: de tafel tjoepte om!
We hebben alles opgeraapt, de letters en de plankjes,
maar wisten niet meer hoe het lag. We spelen verder, kom!

Het schaap keek hem ondeugend aan en legde ’t woord GEVOBD.
Toen heeft hij maar verteld waar de Van Dale was verstopt.

© Judy Elfferich

.
cover KortVerhaal, wraaknummer, winter 2010

 

 

Dit vers staat in het Winternummer
van KortVerhaal (thema: wraak).
 

 

 

Meer schaap-Veronica-verzen

EN? vroeg het schaap Veronica

.
EN? vroeg het schaap Veronica. Hoe vond u de ruïne?
Hoe of de reünie was? antwoordden de dames Groen.
Apart! We stapten als het ware in een tijdmachine
en hupsakee, we waren weer de meisjes Groen van toen.

We hebben heerlijk bijgekletst met al onze vriendinnen
en onze oude handwerkjuf, Sybilla van der Zwam –
maar tegen middernacht kwam er een rare snuiter binnen,
die zei dat hij Henk Suikerbuik was, onze oude vlam!

Het was een morsig manspersoon met ongepoetste schoenen;
hij leek geen spat, geen sikkepit op onze knappe Henk.
Dag schatjes! riep hij. Jullie heb ik ooit nog leren zoenen!
En kijk, mijn trui bewijst dat ik nog steeds aan jullie denk.

Nou hébben we destijds voor Henk een Noorse trui gebrejen…
We keken nog eens goed en toen herkenden we de wol.
Dus inderdaad, we hebben met die griezel ooit gevrejen!
De prins van onze dromen bleek veranderd in een trol.

We zeiden goeienavond en we pakten onze jassen.
Maar Henk, helaas, die moest en zou met ons mee naar de trem.
En laat ie nou in ’t park tegen een conifeer gaan plassen!
We gingen ervandoor, we hadden schoon genoeg van hem.

Ze zwegen, want de dominee verscheen met rode rozen,
een knoert van een boeket, zojuist bezorgd door de bloemist.
Verbaasd las hij het kaartje voor (en moest wel even blozen):
Veel liefs van Henk. En sorry dat ik daarzo heb gepist.

Dat was dan de ruïne, zei het schaap Veronica.
Toen at ze alle rozen op, met sjokoladevla.

© Judy Elfferich

.
Het hele schaap Veronica, cover
Omslagtekening: Wim Bijmoer

.
Meer schaap-Veronica-verzen

.
OPROEP:

Schrijf ook eens een schaap!
Het Vrije Vers hoopt de komende week een hele kudde te verzamelen.
.

KIJK, zei het schaap Veronica

.
KIJK, zei het schaap Veronica. Die wijzer gaat bewegen…
Nou komt het vuurwerk, want nou staan de wijzers op elkaar!
Welnee, zeiden de dames Groen. Het is pas kwart voor negen.
Om twalef uur vanavond pas begint het nieuwe jaar.

De dominee sprak: Juist! Dan gaan we vuurpijlen afsteken.
Het is een prachtig jaar geweest, maar straks is het voorbij.
Laat ons dus heden onze goede voornemens bespreken,
opdat we januari in gaan met een Schone Lei.

Hè ja, zeiden de dames Groen. Men wil zich soms bezinnen,
met weemoed en een glaasje uit de zondagse karaf.
Wij namen ons net voor aan deze puzzel te beginnen.
Hij heeft tienduizend stukjes en hij moet van ’t jaar nog af.

Het schaap beloofde: Ik zal nooit meer van de kerstboom eten
en niesen doe ik voortaan altijd keurig in mijn staart.
De dominee die raadpleegde langdurig zijn geweten;
hij maakte een Geheime Lijst en wierp die in de haard.

Elf oliebollen later wees het schaap naar de pendule:
Maar nou is het toch echt zover, nou heb ik ’t goed gezien!
Kom dominee, de lucifers. Óp naar de vestibule!
Welnee, zeiden de dames Groen. Het is pas tien voor tien.

Opeens begon het buiten hard te ploffen en te knallen,
met overal gezoef, geflits, gedaver en gegil.
Ze stonden elkaar even aan te kijken met z’n allen.
Toen gniffelden de dames Groen: Ach gut, de klok staat stil.

Sjampanje! riep de dominee, bekomen van de schok.
Veel heil en zegen! En ik repareer dit jaar de klok.

© Judy Elfferich

.
cover De Tweede Ronde, afscheidsnummer, winter 2009

 

 

Dit vers staat in het Winternummer van
De Tweede Ronde (thema: afscheid).
 

 

 

Meer schaap-Veronica-verzen
.