Ferguut als prentenboek

Illustratie Ferguut - © John Rabou, all rights reservedIllustratie Ferguut - © John Rabou, all rights reserved
Ben je weleens in het Land van Ooit (✝ 2007) geweest? Dan ken je de tekenstijl van John Rabou. Als Opperhoftekenmeester portretteerde hij daar Ridder Graniet, Sap de Aardwortel, Rak de Reiger, de Luie Lakei en alle Ooitse zwanen.

Tegenwoordig werkt John aan een nog grootser project: hij illustreert de Ferguut, een dertiende-eeuwse ridderroman uit de Arthurcyclus. Daar is maar één Nederlandstalig handschrift van bewaard gebleven.

De belevenissen van Ferguut lijken wel wat op die van Parcival. Een wereldvreemde boerenzoon schopt het tot ridder aan Arthurs hof. Maar in plaats van de heilige Graal is het doel van Ferguuts queeste: Galiëne, de schoonste aller vrouwen. (Ook de Oudfranse Fergus, waarop de Ferguut is gebaseerd, parodieert al Chrétien de Troyes’ Perceval ou le conte du Graal.)

Het levendig en sappig vertelde verhaal zit vol sprookjesachtige elementen. Helaas bevat het handschrift (behalve versierde initialen en één miniatuur, in de allereerste beginletter D) geen illustraties. John besloot: dan maak ik die maar zelf.

Na vele jaren research en tekenen is hij een eind op streek. Binnenkort komt de Ferguut (hertaald voor kinderpubliek door Ingrid Biesheuvel) uit als prentenboek.
Je kunt voorproefjes bekijken, en alvast een exemplaar bestellen, op het weblog Ferguut geïllustreerd.

Over Ferguut:
Wikipedia
literatuurgeschiedenis.nl
Nederlandse Volksverhalenbank

Koppoters op berkenbast

 
Onfim woonde halverwege de dertiende eeuw in Novgorod (nu: Veliki Novgorod), in Noord-Rusland. Hij leerde niet schrijven op papier, maar op boomschors. Soms tekende hij daar poppetjes bij:
Koppoters op berkenbast - foto: Jos Schaeken, CC by-nc-nd
Aan de harkhanden kun je zien dat hij het tellen hier nog niet helemaal onder de knie heeft :-)

Er zijn zeventien stukjes berkenbast gevonden met schrijfsels en droedels van Onfim. Naast een tekening van een ruiter te paard schreef hij zijn naam. Zo weten we hoe hij heette.

Jos Schaeken, Stemmen op berkenbast (online publicatie OAPEN library)
Gevonden via: het blog van boekhistoricus Erik Kwakkel

Daar komt de draak

.
Het mes van de perkamentmaker schoot uit, zo ontstond er een gaatje.
Door dat gaatje zie je een glimp van de draak op het volgende blad.

Kwam dat toevallig zo uit?
Of heeft de schrijver het gaatje slim uitgebuit?

Draak, sneak preview
Manuscript (9e eeuw, Oost-Frankrijk), Universitätsbibliothek Bamberg

.
Via: het blog van boekhistoricus Erik Kwakkel

Chatten met Napoleon

.
Heeft Napoleon ooit gefietst?
Die vraag kwam een tijdje geleden bij me op n.a.v. een project in de Schrijfwerkplaats.
De kleine keizer stierf in 1821, de vroegste fiets dateert van 1817. Dus het zóu kunnen.

Waarom niet even Napoleon zelf geraadpleegd? dacht ik.
Hij bleek namelijk bereikbaar via www.virsona.com.*
Maar ik kan niet zeggen dat ie erg behulpzaam was:

NAPOLEONE BUONAPARTE> Hello.
JUDY> Hello Napoleon, how’s your horse?
NAP B> Hello there.
JUDY> Is your horse still alive?
NAP B> Well, that’s the question. Is my horse alive, or is my horse deceased? Which do you think?
JUDY> Hm…
NAP B> I really don’t know very much about that, and as a matter of interest I really don’t need to know! What else are you able to talk to me about?
JUDY> Do you mean you wouldn’t mind fighting a battle riding a dead horse?!
NAP B> No, I don’t mean me, I give me a little nudge.
JUDY> Okay, Nap. What else would you like to talk about?
NAP B> What else? All sorts of them, but only fake ones, not real ones.
JUDY> Have you ever heard of bicycles?
NAP B> I don’t know if I have ever heard of bicycles. What do you think?
JUDY> A bicycle is a mechanical horse.
NAP B> That’s a big subject. I really can’t talk about it now. Perhaps another time.
JUDY> What about Waterloo?
NAP B> Right now I can’t be absolutely certain what to say about that. Ask me again next week.
You will remember, won’t you?
JUDY> Okay, I’ll be back.
NAP B> I don’t exactly understand you. Could you possibly put it differently?
JUDY> ✻ Sigh ✻
NAP B> I couldn’t have said it any better myself.

Vroege fietsNapoleon
Wat raar eigenlijk om Engels te spreken met Napoleon, dacht ik achteraf.
Dus nog een poging gedaan, nu in mijn beste Frans.
Hij blijft beleefd:

NAPOLEONE BUONAPARTE> Welcome to Virsona.
JUDY> Bonjour, mon général.
NAP B> Surely you can’t be serious? This isn’t as a subject of amusement. We should talk about something else.
JUDY> Depuis 1817 il y a une invention magnifique: le vélocipède!
NAP B> What are you trying to say? Are you speaking in a foreign language?
JUDY> Pardon – le Grand Empereur de La France, ce n’est pas vous?
NAP B> As I already mentioned: What are you trying to say? Are you speaking in a foreign language?
JUDY> C’est drôle, vous ressemblez beaucoup à un certain personnage historique…
NAP B> What are you trying to say? Are you speaking in a foreign language?
JUDY> Yes, I was. Sorry. I won’t do it again!
NAP B> As I already mentioned: Really interesting. Apologies are not necessary. The pleasure was all mine.

.
* Inmiddels lukt het me niet meer om hem daar te spreken te krijgen.

Meer dialogen met chatterbots

2010 gezien vanuit 1972

.
Rond het magische jaar 1984 kocht Daniel Sinker als kind een afgedankt bibliotheekboek:
2010: Living in the Future (Geoffrey Hoyle, 1972).
Hij heeft het nooit weggedaan…
En toen was het opeens echt 2010.

In het 2010 van Geoffrey Hoyle gaat goederenvervoer per buizenpost.
Een arm uit de broodrooster mikt je toost op je bord.
De vuile vaat wordt niet afgewassen maar vergruizeld.

Maar met de meeste van zijn voorspellingen zat Hoyle er niet ver naast.

e-learning
e-learning   [klik op plaatje voor vergroting]

.
2010: Living in the Future | the book

Met dank aan Eric Sieverts (InformatieProfessional).

Driekoningen

 
Driekoningenavond op Nova Zembla, in 1597 (uit het dagboek van Gerrit de Veer):

Na het zware werk van die dag bedachten we ons dat het Driekoningen moest zijn.
We vroegen de schipper toestemming om het feest te vieren, om ons treurig bestaan
wat op te fleuren. We leverden allemaal een deel van ons wijnrantsoen in. Er was nog
twee pond meel, eigenlijk bedoeld als stijfsel voor de kardoezen, waar we met olie
pannekoeken van bakten. We namen elk een wittebroodsbeschuit van ons rantsoen
en sopten dat in de wijn. We hadden zo’n plezier, dat we ons verbeeldden bij onze
vrienden in Nederland te zijn; het eten smaakte ons zo goed als de heerlijkste
maaltijd thuis. We hadden ook briefjes uitgedeeld en onze konstabel was Koning
van Nova Zembla; een land van 200 mijl lang, gelegen tussen twee zeeën.

Drie koningen, drie koningen

Een driekoningenherinnering van Ed Schilders

Dat lucht op

.
Iets stoms gedaan, en je kunt jezelf wel voor de kop slaan?
Laat je eens lekker uitfoeteren door Bredero, Vondel, Cats, Hooft, Wolff & Deken of Multatuli:

‘Snoodaard! Beroerling! Onbetrouwbaar sujet!’
‘Ge zyt een verken van een wyf!’
‘Zwijg stil, gij karonje!’

.
Of trakteer jezelf op een shakespeareaanse beschimping:

‘Thou caluminous dizzy-eyed codpiece!’
‘Thou venomed brazen-faced apple-john!’
‘Thou wert best set thy lower part where thy nose stands.’

.
Automatisch Ouderwetsch Uitgefoeterd
Shakespearean Insulter